Oplevering

De uitvoering eindigt bij de oplevering van de opdracht. De oplevering kan gebeuren in twee fasen. De voorlopige oplevering vindt plaats nadat de opdracht is uitgevoerd. Daarna is er nog een termijn van meestal 1 jaar waarbinnen de overheid kan controleren of de uitvoering correct is gebeurd bij een opdracht voor werken. Na de waarborgtermijn komt de definitieve oplevering.

Het bestuur moet het initiatief nemen om de oplevering uit te voeren.

De voorlopige oplevering van werken gebeurt binnen de 15 dagen na de termijn van het einde van de werken voorzien in de opdrachtdocumenten of nadat de aannemer heeft verwittigd dat het werk gedaan is.

De definitieve oplevering van werken gebeurt binnen de 15 dagen vóór de dag waarop de waarborgtermijn verstrijkt.

Het bestuur komt in het bezit van de uitgevoerde opdracht vanaf het moment van de voorlopige oplevering. Deze voorlopige oplevering heeft tot gevolg dat de zichtbare gebreken worden gedekt, dat de waarborgtermijn en die van de tienjarige aansprakelijkheid beginnen te lopen, dat de risico’s van het gebruik ten laste van het bestuur komen, dat de boetes wegens laattijdige betaling worden vastgesteld en dat de aannemer de mogelijkheid krijgt om een aanvraag tot betaling van het saldo van de werken en tot vrijgave van de helft van de borgtocht in te dienen.

Ook voor leveringen en diensten bepaalt het KB Uitvoering wanneer de opleveringen kunnen plaatsvinden.

(artikelen 64, 65, 91 (W), 92 (W), 125 (L), 128 t.e.m 131, 135, 142, 143 (L), 156, 157 (D) KB Uitvoering)