Kunnen besturen bepaalde personeelsleden uitsluiten van het Vlaamse zorgkrediet? Kan het bestuur nog andere modaliteiten opleggen?

situering: 

  • Kan een bestuur bepaalde categorieën van personeelsleden uitsluiten van het zorgkrediet?
  • Wat met personen die zich in de proeftijd bevinden? 
  • Kan de regel ingevoerd worden dat zorgkrediet start op de eerste van de maand (behalve voor zorgkrediet inzake medische bijstand en palliatieve zorg)? 

Antwoord:

Uitsluiting:

Het negende lid van artikel 99 van de Herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen sluit de volgende personen uit van een volledige onderbreking of een onderbreking met één vijfde of de helft: “de provinciegriffier, de gemeentesecretaris en zijn adjunct, de secretaris van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn, de financieel beheerder en de door de bevoegde overheid bepaalde leidinggevende functies”. 

Ook kan de bevoegde overheid op basis van het tiende lid van het bovengenoemde artikel 99 andere ambten uitsluiten van het zorgkrediet en dit om redenen die inherent zijn aan de goede werking van de dienst.

Krachtens het elfde lid van hetzelfde artikel kan de bevoegde overheid er evenwel voor kiezen om de titularissen van de bovengenoemde functies die erom verzoeken, toch toe te staan om hun arbeidsprestaties volledig of deeltijds met één vijfde of de helft te onderbreken, wanneer de goede werking van de dienst hierdoor niet wordt verstoord,

Personen in de proeftijd:

Op basis van het tiende lid van artikel 99 van de Herstelwet kan men, behalve de functies vermeld in het negende lid, ook nog andere ambten uitsluiten vanwege het dienstbelang. 

Bepaalde ambten kunnen dus uitgesloten worden van het zorgkrediet, maar personen die zich in de proeftijd bevinden of onvoldoende anciënniteit hebben niet. 

Starten op de eerste van de maand:

Artikel 174 van het Rechtspositieregelingsbesluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 stipuleert het volgende: “De raad bepaalt de algemene regels voor de aanvraagtermijnen, de aanvraagprocedure, de toekenning, de mogelijkheid tot opzegging en de opzeggingstermijnen van de verloven. Onverminderd de individuele rechten van het personeelslid wordt bij de toekenning van verloven afgewogen of de continuïteit en de kwaliteit van de openbare dienstverlening gehandhaafd blijven.” 

Op basis van bovengenoemd artikel 174 kan de raad dus bepalen dat het zorgkrediet alleen maar kan aanvangen op de eerste van de maand voor sommige vormen van zorgkrediet.