Raad van State - Arrest 242.101 van 13 juli 2018 - Onteigening - Machtiging - Realisatie van het onteigeningsplan ter uitvoering van ruimtelijk uitvoeringsplan

Rechtbank/Hof
Raad van State
Arrestnummer
242.101
Indiener
-
Datum uitspraak arrest
vrijdag 13 juli 2018
Samenvatting

/

Tekst arrest
RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
 
VOORZITTER VAN DE Xe KAMER
 
ARREST
 
nr. 242.101 van 13 juli 2018
in de zaak A. 223.420/X-17.031
 
In zake:
 
1. Kevin VERSTREPEN
2. Melissa VERSTREPEN
3. Vanessa VERSTREPEN
bijgestaan en vertegenwoordigd door 
advocaten Koen Geelen, Wouter Moonen en Sarah Jacobs
kantoor houdend te 2018 Antwerpen
Mechelsesteenweg 64, bus 101
bij wie woonplaats wordt gekozen
 
tegen:
 
het VLAAMSE GEWEST
bijgestaan en vertegenwoordigd door
advocaat Tom De Sutter en Dorien Geeroms
kantoor houdend te 9000 Gent
Koning Albertlaan 128
bij wie woonplaats wordt gekozen
 
Tussenkomende partij:
 
de GEMEENTE HEIST-OP-DEN-BERG
bijgestaan en vertegenwoordigd door 
advocaten Gitte Laenen en Jonas Dewit
kantoor houdend te 2600 Antwerpen
Antwerpsesteenweg 16-18
bij wie woonplaats wordt gekozen
 
I. Voorwerp van het beroep
 
1. Het beroep, ingesteld op 29 september 2017, strekt tot de nietigverklaring van de besluiten van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding van 16 juni 2017 en 20 juli 2017 met betrekking tot de machtiging tot onteigening aan de gemeenteraad van de gemeente Heist-op-den-Berg voor de onroerende goederen gelegen te Heist-op-den-Berg, met het oog op de realisatie van het onteigeningsplan ter uitvoering van het RUP Boonmarkt.
 
II. Verloop van de rechtspleging
 
2. De gemeente Heist-op-den-Berg heeft een verzoekschrift tot tussenkomst ingediend. De tussenkomst is toegestaan bij beschikking van 21 november 2017. De tussenkomende partij heeft een memorie ingediend.
 
De verwerende partij heeft een memorie van antwoord ingediend die aan de verzoekende partijen ter kennis werd gebracht op 27 december 2017.
 
Op 20 en 23 maart 2018 heeft de hoofdgriffier, op verzoek van het aangewezen lid van het auditoraat, aan de verzoekende partijen en de verwerende partij, respectievelijk de tussenkomende partij de mededeling ter kennis gebracht, bedoeld in artikel 14bis, § 1, van het besluit van de Regent van 23 augustus 1948 'tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State'.
 
Geen van de partijen heeft gevraagd om te worden gehoord.
 
Er is toepassing gemaakt van de bepalingen op het gebruik der talen, vervat in titel VI, hoofdstuk II, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.
 
III. Beoordelling
 
3. Naar luid van artikel 21, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, stelt e Raad van State het ontbreken van het vereiste belang vast als de verzoekend partij de termijn voor het toesturen van de memorie van wederantwoord niet eerbiedigt.
 
Bij het versturen aan de verzoekende partijen van een kopie van de memorie van antwoord heeft de hoofdgriffier melding gemaakt van het genoemde artikel 21, tweede lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en van artikel 14bis, § 1, van voormeld besluit van de Regent.
 
De verzoekende partijen hebben geen memorie van wederantwoord aan de griffie toegestuurd binnen de termijn van zestig dagen gesteld in artikel 7 van voormeld besluit van de Regent. Integendeel hebben zij met een brief van 16 maart 2018 verklaard afstand te willen doen van hun beroep.
 
4. Er dient te worden vatgesteld dat het vereiste belang om de gevorderde vernietiging te verkrijgen, ontbreekt.
 
BESLISSING
 
1. De Raad van State verwerpt het beroep.
 
2. De verzoekende partijen worden, elk voor een derde, verwezen in de kosten van het beroep tot nietigverklaring, begroot op een rolrecht van 600 euro.
 
De tussenkomende partij wordt verwezen in de kosten van de tussenkomst, begroot op 150 euro.
 
Dit arrest is uitgesproken te Brussel, in openbare terechtzitting van 13 juli 2018, door de Raad van State, Xe kamer, samengesteld uit:
 
Johan Lust, kamervoorzitter,
bijgestaan door
Frank Bontinck, griffier.
 
De griffier
Frank Bontinck
 
De voorzitter
Johan Lust